Vijftien dingen die je niet tegen je baas zegt
1. “Ik doe dit werk alleen voor het geld.”
Geen werkgever wil horen dat je alleen in zijn bedrijf werkt voor het geld. Hij weet misschien wel dat het zo is, en jij weet misschien ook dat hij dat weet, het blijft beter om het wederzijds begrip niet te benoemen.
2. “Ik ben blut/heb schulden/zit op de rand van persoonlijk faillissement.”
Zolang je niet uit bent op een voorschot op je salaris, hoeft je baas niets van je financiële problemen te weten.
3. “Ik ga hier weg als ik iets anders heb gevonden.”
Wat je toekomstplannen ook zijn, het is beter je werkgever pas van deze plannen op de hoogte te stellen als je ook daadwerkelijk een andere baan hebt. Anders loop je het risico dat je niet meer voor projecten wordt gevraagd en je baas vast op zoek gaat naar een vervanger.
4. “Ik heb gisteren iets te hard gefeest.”
Ga er niet om liegen als je manager vraagt waarom je erbij zit alsof je bent vertrapt door een roedel wilde herten, maar vertel hem niet uit jezelf dat je gisteren te diep in het glaasje hebt gekeken. Verberg je kater.
5. “Dit is niet mijn schuld.”
Wees volwassen en neem verantwoordelijkheid voor problemen die je zelf hebt gecreëerd. Zelfs als een probleem niet door jou is veroorzaakt, is het beter op zoek te gaan naar een oplossing dan een zondebok aan te wijzen.
6. “Wat heb ik een saaie baan.”
Is je werk saai? Ga dan op zoek naar een andere baan, of doorbreek de sleur op je werk.
7. “Mijn werk is te gemakkelijk.”
Misschien heb je het idee dat een aap je werk nog zou kunnen doen, maar breng je baas niet op ideeën. De personeelskosten voor een orang oetan liggen waarschijnlijk een stuk lager dan die van jou. Kijk liever of er extra, wat meer uitdagende, taken zijn die je op je kunt nemen.
8. “Ik kan niet met die en die werken. Ik heb een hekel aan hem.”
Probeer een conflict met een collega eerst op te lossen. Stap pas naar je manager als je er op andere manieren echt niet uit komt.
9. “Ik heb daar niet genoeg tijd voor omdat ik ook een andere baan heb.”
In de ogen van de werkgever is een tweede baan nooit een reden om niet te kunnen overwerken of een project op tijd af te krijgen. Het zou kunnen leiden tot de – terechte –vraag bij welke baan je prioriteit ligt.
10. “Hoe hebben jullie dit werk ooit kunnen doen zonder computers/internet?”
Geen doodzonde, maar je baas het gevoel geven dat hij eigenlijk in een bejaardentehuis hoort, zal je geen bonuspunten opleveren.
11. Zuchten, met je ogen rollen.
Blikken zeggen soms meer dan woorden. Zet je pokerface op als je het niet eens bent met je leidinggevende, of als hij je irriteert.
12. “Doe het zelf!”
Waarom zou hij jou in dienst houden als hij het werk zelf moet doen?
13. “Zo doe ik dit al jaren.”
Een klassieke drogreden, die je ook nog eens een reputatie bezorgt van een stugge dinosaurus. Natuurlijk je kun je ervan overtuigd zijn dat jouw manier van aanpakken beter is, maar houd je betoog dan zonder een beroep te doen op traditie.
14. “Sorry, ik zat even niet op te letten.”
Word wakker! Als je wordt betrapt op het sluiten van je oogleden, doe dan alsof je in diepe concentratie zat.
15. “Je bent een kl…”
Wat er ook gebeurt, met schelden kom je niet verder. Probeer kalm te blijven, zelfs als hij je op staande voet ontslaat.
© Monsterboard.nl
Lees ook:
Kantoorpolitiek voor beginners